4 resultados para Zoé

em Open University Netherlands


Relevância:

10.00% 10.00%

Publicador:

Resumo:

Mooij, T., & Fettelaar, D. (2013). Observatie van voorlichtingslessen seksuele diversiteit in het Voortgezet Onderwijs: Een pilot onderzoek. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 52(6), 282-298.

Relevância:

10.00% 10.00%

Publicador:

Resumo:

Meyer, G. (2016). Aansluiting van de MBO Techniek opleiding niveau 4 op de arbeidsmarkt Een survey onder afgestudeerden. Juli, 14, 2016, Heerlen, Nederland:Open Universiteit.

Relevância:

10.00% 10.00%

Publicador:

Resumo:

Doordat verhevigde concurrentiekrachten bedrijven dwingen om sneller te innoveren als voorheen wordt innovatie gezien als de belangrijkste uitdaging voor zowel publieke als private organisaties in de huidige tijd. Omdat elk nieuw product of innovatie start met 1 persoon in de organisatie die een vernieuwend idee heeft en dit idee in actie wil omzetten, is het van belang om het innovatiepotentieel van alle werknemers in de organisatie te benutten. Een belangrijke rol hierin is weggelegd voor de directe leidinggevende die met zijn gedrag in staat is om het innovatieve werkgedrag (IWG) van zijn ondergeschikten te stimuleren. In dit rapport is onderzocht of dienend leiderschap (DL), een leiderschapsstijl die in het bijzonder opvalt door de nadruk die hierin wordt gelegd op de emotionele, relationele en morele dimensies van leiderschap, IWG van werknemers bevordert. De relatie tussen deze leiderschapsstijl en individueel IWG is niet eerder onderzocht maar door aanwijzingen in de literatuur en empirisch onderzoek naar verwante concepten, was de verwachting dat DL IWG positief zou beïnvloeden en dat er een (gedeeltelijk) mediërende rol zou zijn weggelegd voor het gevoel van psychologische veiligheid (PV) dat werknemers ervaren in hun werkteam. Aan de hand van een open online vragenlijst met gestructureerde vragen zijn 226 werknemers, werkzaam in Nederland en Vlaanderen in een variëteit aan bedrijfstakken, ondervraagd. Middels de vragenlijst is in kaart gebracht: de perceptie van werknemers van het DL van hun directe leidinggevende, hoe groot het gevoel van PV is dat werknemers ervaren in hun werkteam en de mate waarin werknemers van zichzelf vinden dat zij IWG vertonen. Uit het onderzoek blijkt dat naarmate werknemers hun leidinggevende meer als dienend leider percipiëren zij zichzelf significant hoger scoren op IWG. Van de 8 dimensies waar DL uit bestaat (empowerment, accountability, nederigheid, dienstbaarheid, authenticiteit, moed, vergeving en rentmeesterschap) blijken enkel de dimensies empowerment en authenticiteit een significante invloed uit te oefenen op IWG boven de bijdragen van de andere DL-dimensies. Uit het onderzoek blijkt ook dat naarmate werknemers hun leidinggevende meer als dienend leider percipiëren, zij een significant hoger gevoel van PV in hun werkteam rapporteren. Hoewel er ook een significant positief verband is gevonden tussen het gevoel van PV dat werknemers ervaren in hun werkteam en de scores die zij zichzelf geven op IWG, blijkt PV geen mediërende rol te spelen in de relatie tussen DL en IWG. DL is in het onderzoek een dubbel zo sterke voorspeller gebleken van IWG dan PV. Aanbevelingen voor toekomstig onderzoek naar de relatie tussen DL, PV en IWG zijn onder andere dat PV en IWG op groepsniveau worden onderzocht in plaats van op individueel niveau, dat autonomie en zelfvertrouwen als variabelen worden meegenomen in het onderzoek en dat ook gebruik wordt gemaakt van beoordelingen van leidinggevenden voor wat betreft IWG in plaats van enkel van zelfbeoordeling. Organisaties die het belangrijk vinden dat het innovatiepotentieel van al hun werknemers wordt aangesproken, hebben leidinggevenden nodig die authentiek zijn en die hun ondergeschikten kunnen empoweren. Praktische aanbeveling is dan ook dat gedragingen van leidinggevenden die te maken hebben met empowerment en authenticiteit door de organisatie gestimuleerd worden. Het betreft hier onder andere de volgende leiderschapsgedragingen: werknemers aanmoedigen zich persoonlijk te ontwikkelen, werknemers het gevoel geven dat ze bekwaam zijn, sturen op het nemen van zelfstandige beslissingen (empowerment), professionele rollen ondergeschikt maken aan wie men is als persoon, doen wat beloofd is, eerlijk zijn en zich kwetsbaar durven opstellen (authenticiteit).

Relevância:

10.00% 10.00%

Publicador:

Resumo:

Een review van onderwijsanalyses en (beleids)onderzoeken verricht in de periode 1916-2015 wijst uit dat de reguliere jaarklassensystematiek in het Nederlandse primair en voortgezet onderwijs aanleiding geeft tot prestatie- en motivatieproblemen bij risico-leerlingen. Dit zijn met name de leerlingen die qua ontwikkelingspotenties of leervorderingen (aanvankelijk) duidelijk naar beneden of naar boven afwijken van leeftijdsgenoten in een groep of klas. Ondervanging van deze problemen lijkt mogelijk via een preventieve systematiek van ‘Optimaliserend Onderwijs’ voor elk kind in de vóór- of vroegschoolse educatie en elke leerling in het primair of voortgezet onderwijs. Een eerste vraag betreft de inhoudelijke en vormgevingskenmerken van dit onderwijsontwerp: welke richtlijnen en specificaties daarvan kunnen het onderwijs, spelen en leren voor elke leerling, zo optimaal mogelijk inhoud en vorm geven en hoe ziet een model van dit Optimaliserend Onderwijs eruit? Een tweede vraag is gericht op de realisatie van dit onderwijsontwerp: hoe is deze onderwijssystematiek te ontwikkelen in de Nederlandse schoolpraktijk? Gebruik van de sneeuwbalmethode in met name Nederlandse onderzoeks- en designliteratuur leidt tot beantwoording van de eerste vraag in de vorm van een multiniveau theoretisch ontwerp van ‘Optimaliserend Onderwijs’. Kernpunten hierin zijn: landelijke (deel)curricula gekenmerkt door instructievarianten; integratie van dubbele diagnostiek (individueel-longitudinaal en vergelijkend-genormeerd); flexibele certificerings- en diplomeringsstructuur; een ondersteunende schoolorganisatie; gecontroleerde opbrengst-optimalisering per kind of leerling en op instellings- en schoolniveau; per vóór- of vroegschoolse instelling of school(bestuur) kunnen ook vrije ofwel eigen onderwijsinvullingen worden ingericht. Beantwoording van de tweede vraag gebeurt met behulp van (onderzoeks)literatuur over multiniveau onderwijsinnovatie in de schoolpraktijk. Aanbevolen wordt om, op basis van een gezamenlijk besluit van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de Tweede Kamer, relevante onderwijsinstanties, schoolbesturen en ouderorganisaties, te komen tot inrichting van samenhangende ontwikkelingsprojecten en -onderzoeken. Via een projectenserie in instellingen voor vóór- of vroegschoolse educatie en scholen voor primair en voortgezet onderwijs kan gecontroleerd worden samengewerkt tussen leid(st)ers, leerkrachten en docenten, scholen, ontwikkelings- en andere onderwijsinstellingen, instellingen voor onderzoek en informatietechnologie, en onderwijspolitiek. Tussenresultaten van Optimaliserend Onderwijs worden steeds in andere instellingen en scholen beproefd en verder verspreid.